TEAM

Langdurige en acute mentale overbelasting

Informatie

In de eerste 24 uur na een incident kan de beste verwerking van het incident plaatsvinden binnen de kring van collega’s, vrienden, familie en/of buren. Doel is het nabespreken van wat de collega’s op de betreffende dag hebben meegemaakt. Het betreft een technische debriefing, waarbij de leidinggevende zijn “voelhoorns” gebruikt om in te schatten of collegiale of professionele ondersteuning nodig is. Deze maatregel is erop gericht dat collega’s de emmer die zich vult met vervelende ervaringen, weer kunnen legen door er over te praten. Belangrijk is dat er steeds voldoende capaciteit beschikbaar is om de collega’s hun verhaal te laten doen. Voor de doelgroep kan mogelijk de achterwacht leidinggevende worden ingezet en mogelijk andere collega’s die over goede gesprekstechnieken beschikken, zoals team HRM. Opvolging van nazorg door collega’s gebeurt in maximaal 3 gesprekken en anders wordt doorverwezen naar professionele hulpverlening: a. eerste gesprek: enkele dagen na het incident b. tweede gesprek: na vier tot zes weken c. derde gesprek: na drie maanden Voor vrijwel iedere situatie geldt dat de meeste ingezette medewerkers geen of minimale klachten zullen ervaren. Desondanks is het belangrijk om te erkennen dat het risico waarschijnlijk wel groter is na inzet bij extreme situaties, zoals langdurige mentale overbelasting. Extreme situaties die zich voor kunnen doen in fase 3 zijn bijvoorbeeld het intuberen van patiënten zonder het betrekken van familieleden, het weigeren van familiebezoek, het maken van moreel belastende besluiten en omgaan met hoge aantallen overlijdens. Klachten die kunnen ontstaan na inzet bij dergelijke situaties zijn:

  • PTSS
  • Depressie
  • Geheugenverlies (gaten in herinneringen)
  • Frustratie over gebrek aan erkenning en waardering
  • Schuldgevoelens (bij omgekomen collega’s)
  • Schaamte over klachten
  • Verminderd werkplezier; noodzaak om afstand te nemen van de huidige functie
  • Middelengebruik – als reactie op klachten
  • Relatieproblemen – als gevolg van klachten
  • (langdurig) Ziekteverlof – als gevolg van de klachten

Naast het (her)kennen van bovenstaande klachten is het ook van waarde je bewust te zijn van beschermende factoren in extreme situaties. Denk aan beroepstrots, pionieren en ontdekken van nieuwe werkwijzen. Deze factoren kunnen een vorm van ondersteuning zijn, die de leidinggevende of collega’s onderling kunnen inzetten om moraal een boost te geven.

Tips

1. Faciliteer en stimuleer onderlinge contacten

Faciliteer en stimuleer onderlinge contacten tussen collega’s om elkaar tot steun te zijn. a. Dag start en -afsluiting bij klinische teams waarbij helpende gedachten naar voren komen en bewust gesproken wordt over normaal gedrag op een abnormale situatie. b. (Online) koffiemomenten – dit geeft medewerkers de mogelijkheid om informeel bij te praten. c. Maak gebruik van de fysieke ruimte om elkaar te ontmoeten. d. In relatie tot het herkennen van signalen van mentale overbelasting: bespreek dit met elkaar in teamoverleg of één-op-één. Heb met name aandacht voor gedrag dat afwijkt van het reguliere gedragspatroon van collega’s.

2. Houdt een technische debriefing waar nodig

Houdt een technische debriefing waar nodig: a. Geen psychologische debriefing (met actief uitvragen gevoelens en emoties). De effectiviteit hiervan is niet wetenschappelijk bewezen en het zou mogelijk zelfs de psychosociale gevolgen kunnen verergeren. b. Gebruik (multidisciplinaire) reconstructies: maak in de nafase samen met hulpverleners (en indien mogelijk andere betrokken professionals) een reconstructie van het incident. Geef de deelnemers de gelegenheid om vragen te stellen, om hun ‘puzzel’ compleet te krijgen. Tijdens de reconstructie moet er sprake zijn van een veilige sfeer. Denk daarom goed na over het uitnodigen van bijvoorbeeld leidinggevenden.

3. Maak een doelgroepanalyse voor de nazorg

Maak een doelgroepanalyse voor de nazorg na een incident binnen je team: het kan lastig zijn om alle bij het incident betrokken hulpverleners en functionarissen in beeld te brengen. Wie houden zich direct of indirect bezig met het incident en hebben eventueel behoefte aan nazorg? Denk bijvoorbeeld aan leidinggevenden, aanbieders van nazorg en functionarissen die door hun rol ‘op afstand’ van de directe incidentlocatie werken of niet ingezet zijn. Stem de nazorg af op de specifieke behoeften van medewerkers c.q. de doelgroep.

Tools

1. Website zorgprofessionals

ARQ IVP heeft veel ervaring met de begeleiding van mensen en organisaties die te maken krijgen met ingrijpende gebeurtenissen, rampen en crisis. In verband met COVID-19 hebben zij een speciale pagina op hun website gemaakt voor zorgprofessionals die in hun werk te maken hebben met COVID-19.

2. Moreel beraad

Moreel beraad: als zorgverlener kom je vaak in lastige situaties terecht, waar morele vragen of twijfel uit voortkomen. CURA is een instrument dat je ondersteuning biedt bij lastige situaties.

3. Evaluatiebijeenkomst voor teams georganiseerd door ARQ IVP

Teams hebben een roerige tijd doorgemaakt en waarschijnlijk is de onzekere Coronaperiode nog niet voorbij. Vaak is de manier van werken aangepast en is er gewerkt in andere samenstellingen/rollen, zijn dilemma’s langsgekomen en innovaties doorgevoerd. En hebben medewerkers mogelijk te maken gehad met verliezen in hun werk en/of privé. In deze (betaalde) bijeenkomst wordt teruggeblikt op de afgelopen periode met als doel te bespreken wat nodig is om als team door te gaan: wat kan achter worden gelaten, wat kan worden behouden en wat is er nodig om volgende stappen te zetten.